Zet zes van de zeven woorden bij het plaatje,
waar ze volgens jou bij horen.
A. Jong leren jongleren
B. Tuchtigen
C. Beknotten
D. Verbieden
E. Beleren
F. Afleren
G. Commanderen

1.

2.

3.

4.

5.

6.
Zet zes van de zeven woorden bij het plaatje,
waar ze volgens jou bij horen.
A. Jong leren jongleren
B. Tuchtigen
C. Beknotten
D. Verbieden
E. Beleren
F. Afleren
G. Commanderen
1.
2.
3.
4.
5.
6.