Vissen

 

 

 

 

 

 

 

Frayno en Caressa besloten te gaan vissen in de poel, die door de lokale bevolking ‘de rode zee’ wordt genoemd.


Juist toen Caressa meende, een flinke pompoenhaai aan de haak te hebben, riep een ijscoman, of hij van dienst kon zijn. ‘Twee voor de prijs van één,’ bood hij joviaal aan.

Dat aanbod lieten de jongelui bepaald niet varen en even later, toen de ijsverkoper
twee hoorntjes gul gevuld had, ontspon zich een vriendelijke conversatie.

De man vertelde, dat het gisteren minder gezellig was geweest. ‘Altijd komt dat stuk chagrijn van een stranddictator hier de boel verpesten,’ begon hij.

‘Ja, met zijn schele kunstoog had hij van verre een overtreding geconstateerd, verklaarde die overbezoldigde regelneef plechtig.

De dader was volgens hem een pseudo-onschuldige Arabier, die hij gearresteerd
had wegens onbevoegd watertrappelen op de blanke top van een duin.’
‘Wat kan daar nou verboden aan zijn?’ vroeg Frayno.

‘Volgens onze dictator huppelde zijn verdachte daar enkel om naar vrouwen in bikini te gluren, c.q. kwamen zijn amper gecoördineerde bewegingen voort uit opwinding over het wellustig gadeslaan van voornoemde dames.’

‘Wat een kul,’ zei een stem achter hen. De drie draaiden zich om.
‘Hee, Langohr Fur! Dezelfde combinatie als altijd? Pistache met roomijs en chocodip!’ vroeg de ijscoman.
De aangesprokene knikte en voer voort: ‘Gluurders bespieden hun prooi vanuit een onopvallende plek.
Dat weet elke Russische schooljongen. Of een duintop in die categorie valt…’
Hij liet de conclusie over aan zijn toehoorders, terwijl hij een muntstuk aan
de ijscoman gaf en ferm in de drie smaken beet.