‘Moet je horen:
wég folklore!’
‘Hoe verdwenen?’
‘Lange tenen!
Laat mij er over verhalen,
dan zul jij er ook van balen.’
Over Piet nu de ballade
met zijn zak nokvol geladen
pakjes, verzen, chocolade
en een geurfles voor het baden
Ballade
Ook al moet Piets toet vol vegen
toch toont hij zich niet verlegen,
als het paard draaft op de boot
zorgt hij voor een pepernoot
Hij klimt vrolijk op de daken
om ’t u naar de zin te maken,
toch is Piet niet top tevree:
bijna elk huis heeft cv
Groot gebrek dus aan schoorstenen
waar moeten de pakjes henen?
Dwars maar door de ramen kwakken?
Dan zal men hem weldra pakken
Ach, dan is het vast ook uit
met die schattige schavuit
en roept ieder: “adderbroed
veeg maar af je laatste roet
Hier past wis een strenge straf,
in de zak, dan leer je ’t af
met jouw streken is ’t gedaan
door de bomen schijnt de maan
De surprises brengt de kerstman
maar eens zien, oftie dat wel kan
op ordentelijke wijze
zonder knechten, zelfs geen grijze!”
Zoethout en ook speculaas
zijn toch meer voor Sinterklaas
laat die Santa bij de yanken
en stop snel met Pieten krenken
Met het potlood fier geheven
gaan wij daarnaar voluit streven;
hier geen plaats voor truttigheid
weg met de Pietluttigheid