Facebookless lady

 

Gistermiddag zwalkend over straat

zag ik één leeg blikje liggen

Dacht meteen aan Buddingh, C.

Toen aan jou en voor de variatie:

‘Wat een rotzooi, wat een rommel.

Had ik maar een koekjestrommel.’

Ach, de strommel nam jij mee

toen je me voorgoed verliet

om te vrijen met een vreemde

Ik had enkel nog het koekje

Dat ik jou meteen ontvriend heb

zal je niet bijster bevreemden

In de keuken wacht de deegrol

mijn gemoed schiet nu reeds vol

Wie zal het mij nog beletten

dat ik je ermee ga pletten?