Erpel

Jungsie Erpel was al bij zijn geboorte een onbekend object. Daar had zijn omgeving ook alle moeite voor gedaan, want een koekoeksjong tilt men gebruikelijk niet op een praalwagen en de stroom geruchten in het gehucht was op zich al zo alarmerend geweest, dat een rigide verbod op zelfs maar het aanduiden van het bestaan van Jungsie de monden van alle half- of heelbroeders en –zusters voorgoed had gemuilkorfd. Welnu, waarover men niet mag spreken, daarover moet men in diepe stilte filosoferen of in trance gaan.
Nu is doodzwijgen an sich helaas voor de belanghebbenden niet synoniem met totaal wegmoffelen, maar in deze leemte wist moeder Erpel te voorzien door Jungsie te verbieden school te gaan, waar hij maar kans had gehad om op te vallen.
Verborgen monden behoeven evenwel voeding en de kosten daarvan kan een arm gezin slechts met moeite dragen. Om die reden nam vader Erpel (zie foto links) allerlei klusjes aan, die thuis ongezien verricht konden worden, uiteraard door Jungsie.

Een bijkomend, onvoorzien gevolg van deze ‘opvoeding’ zou zesenveertig jaar later toch aan het licht komen. In de nacht, dat de vervallen boerderij van de Erpels vlam vatte hetzij door blikseminslag, hetzij door het neerstorten van een ufo of kortsluiting, was de consternatie en ontreddering dusdanig, dat Jungsie van de radar verdween. Dit was voor hem, die niet anders gewend was dan met onzichtbaarheid omhuld te worden, eigenlijk een makkie, alleen was hij ruim veertig jaar lang nooit op het idee gekomen zelfs maar een stap op het erf te zetten, laat staan de weidewereld of de wijde wereld in te trekken. De hevige knal en aansluitende vuurzee echter deden hem breken met alle gewoonten. Jungsie zette het op een lopen of zijn leven ervan afhing.

Korte tijd later werd hij als ‘wilde man’ in de bossen rond het hertogelijk kasteel gevangen en na vruchteloze verhoren opgesloten in een gekkenhuis, dat sinds kort trouwens de wat deftiger naam ‘psychiatrisch sanatorium’ op de gevel droeg. Hier werd een breed scala aan behandelmethoden op de patiënt losgelaten. Groepsgesprekken, droomduiding, ijsbaden, stroomstoten noch toediening van LSD leken resultaat af te werpen, zodat men overwoog, lobotomie toe te passen, wat een bewezen kalmerende werking had. Het was tijdens de stafvergadering, waarin het besluit bekrachtigd zou worden, dat Jungsie voor het eerst door de sluier van Vrouwe Fortuna uit Zithart gestreeld werd. Hij had mazzel. De godin had de gestalte aangenomen van de laatst toegetreden jonge arts, die er hartstochtelijk voor pleitte om de gelegenheid te baat te nemen, nu zich immers een gratis proefkonijn had aangediend, op dit konijn een proef toe te passen, in casu om te proberen hem te voorzien van een persoonlijkheid. Aangezien er weinig te verliezen was, lobotomie altijd nog kon en het hoofd medicatie een zwak had voor de enthousiaste jonge arts, kreeg deze zijn zin.

Het besluit leidde in het voormalige gekkengesticht tot een levendigheid die slechts te vergelijken is met een bijenkorf in de hoogzomer, wanneer alle bloempjes smachten naar pootharige bezoekers, die hen helpen voor nageslacht te zorgen in ruil voor een beetje kleverig snoepgoed, hetgeen een fraai voorbeeld zou kunnen zijn van élan vital, ware het niet, dat dit idee in ongenade is geraakt en de toets der wetenschappelijke kritiek niet meer kan doorstaan. Althans wordt dit verteld tot ergernis van hen die lang zijn blijven geloven dat er niks mis was met dit sympathieke idee en nu met hun tanden knarsend moeten toegeven, dat de meerderheid er anders over denkt, zodat men voor gek staat als men nog verwijst naar de afgedankte theorie, zij het in woord, gebaar of geschrift.

‘Maar opa, van die darren en hommels is leuk, maar hoe ging het verder met Gungsie?’

Jungsie bedoel je? Ja, een heel cohort deskundigen stortte zich op de vreemde vogel: agogen, psychologen, psychiaters, ornithologen, gelaatkundigen en astrologen, die in lange sessies zonder de cliënt redekavelden en redetwistten en fel debatteerden over de mogelijkheid om iemand een persoonlijkheid aan te meten en waar dat dan zou moeten. Gezien het verschil van opvatting over de topologie van het ego kwamen onvermijdelijk alle wijsgerige vragen dienaangaande aan de orde. Het valt te begrijpen, dat deze bijeenkomsten veel, zo niet alles van de deelnemers vergden en irritaties konden niet uitblijven.
Terwijl buiten de kliniek de herfst de bladeren kleurde en op de leestafels binnen de tijdschriften lagen te vergelen, bleek tot overmaat van ramp de koffiemachine het begeven te hebben. De broeders van de  ambulante handelingen moesten eraan te pas komen om de vechtjassen te scheiden van de amokmakers en de directeur van het instituut verklaarde boos, dat men óf de patiënt moest observeren óf hem voortijdig palliatieve zorg moest verlenen en dat geen keuze hem, de directeur, geen andere keus liet dan lobotomie toe te laten passen.

De ornithologen kregen nu vanuit het overlegorgaan de opdracht met het bespieden te beginnen, daar zij daarin het meest getraind leken en de anderen sowieso geen zin meer hadden. Enig slap gesputter van de astrologen, die met uurhoeken en stroopkoeken zwaaiden, mocht dit besluit niet meer keren, hoe vasthoudend ze ook wezen op de vierkante aspecten van de determinanten.
De vogelaars waren intussen aan het uitvogelen, hoe ze zonder gezichtsverlies hun bevindingen moesten presenteren, want al bij de allereerste observatie bleek hen, dat de vogel Jungsie gevlogen was. Alle sporen en aangetroffen uitwerpselen wezen op ontvoering c.q. kidnapping, hoogstwaarschijnlijk door wolven of familieleden.