Snake

Orpheus

Orpheus speelt, dat is echt waar
het allerbest op de gitaar
Goden, mensen, planten, stenen
Ieder wil zijn oor wel lenen

Hij brengt harten in beroering
en de meisjes in vervoering
Eentje wordt zijn hartendief
Euridice, grootste lief

In de tuin een slang heel vals
onderbreekt hun mooie wals,
zet zijn tanden in het meisje
Orpheus zingt een ander wijsje

Smeekt en bidt en fleemt de goden.
Wat eenieder is verboden
lukt aan hem, hij mag haar halen
uit het dodenrijk vol dalen.

Eén ding moet hij echter zweren
anders zal zijn schat verteren
Dat hij niet zijn blikken wendt:
‘Ik wil eens zien of j’er nog bent’

Bijna thuis, wat een victorie
komt een eind aan de historie
Met zijn goed getrainde oren
meent Orpheus niks meer te horen

Wat een kwelling wordt gezaaid
waardoor hij zich tóch omdraait
Zijn muziek, zijn snarenspel
dunkt hem nu nog slechts een hel

Verder tobt hij, zonder kleuren
tot twee dames hem verscheuren
Hem verlossen uit zijn lijden
dát doen deze lieve meiden

O, er valt veel te genieten
van deez’ wonderschone mythe
Wat de zin ervan mag zijn?
Leven, dat doet altijd pijn

In Orfeo ed Euridice van Christoph Willibald van Gluck komt een aria voor, die me altijd sterk ontroert, ‘Che faro senza Euridice’, gezongen door Teresa Berganza, wier stem en performance mij zeer bekoren. Van Kathleen Ferrier zijn ook vele opnamen van deze aria bekend.
Ook Monteverdi componeerde een opera over Orpheus en zijn geliefde, die nog altijd uitgevoerd wordt. De mythe was trouwens toch een onuitputtelijke bron van inspiratie voor talloze kunstenaars.