Na de overvloedige berichtgeving over de recente exposities van Geronimo Boks, Pietje Breukles en Zalfaantoor Dahlia, waarbij weer eens onevenredig veel media-aandacht uitging naar de achterkanten van de doeken en de wekenlange vernissages, waarbij vooral afwezige BN-ers genoemd werden, wil ik een lans breken. Niet zo verstandig in deze tijd van marktwerking in de kunst, waarbij immers het principe van de apenkooi van stal is gehaald en elk wapen dienstig is in de strijd van ieder tegen allen om het moede kunsthoofd in het water te houden – het hoofd der tegenstrevers wel te verstaan.
De klaroenstoot die ik dan ook echter wil aanheffen betreft de casuïstiek van het kubisme. Weinig stromingen viel zo’n kortstondig elan ten deel en de oude sloot dient voor de waterschapsschouw toch gereinigd door de firma Augias. Want is complete verwarring momenteel niet het handelsmerk van de kunst? Daar kan best weer wat lijn teruggebracht worden. Waarvan akte. Om u alvast een beetje in de stemming te brengen hier een eerste schets. Titelsuggesties zoals ‘Broodje Planck’ zal ik achterwege laten, zodat u onbevangen kunt waarnemen. Mocht het getoonde uw lachspieren in opgerekte toestand brengen, dan kunt u geen beroep doen op eh dinges.
Als overtuigd aanhanger, maar niet dus oplegger!, van het probabilisme schijnt het mij alleszins verdedigbaar, wanneer wij vraagtekens zetten bij de al genoemde ‘marktwerking’, die zijn bestaansgrond heet te vinden in een ‘onzichtbare hand van de markt.’ Indien dit laatste het geval is, dan mogen we ‘marktwerking’ gelijkstellen met dan wel voldoende ondergraven achten door hersenschimmigheid, zo treffend onder woorden gebracht door de filosoof Foppius uit Constantinopel, die kort voor zijn verscheiden uit het open raam van zijn verkeersmiddel geroepen moet hebben: ‘Wat is er mis met cirkelredeneringen en infinite regres, als zovele zaken daarop uitdraaien?’
Zoals bekend ontstaken kameeldrijvers, die dit gebral hadden aangehoord, in bescheiden woede. Wat bewijst, dat men niet ongestraft van alles uit zijn autoraam mag werpen. De toestand van de wereld en de natuur bieden ampel steunbewijs in dezen. Aangezien vraatzucht en voortplantingsdrift moeilijk te bestrijden zijn, valt te vrezen.
Vrije associatie lijkt me overigens uit den boze, om welke reden ik er een voorbeeld van zal geven. Het einde nadert, zeg maar ‘the final curtain’, het laatste gordijn, dat zowel bij Sirius Zwarts als Frank Sinatra een rol speelde en waaraan beiden schatplichtig zijn, maar dat misschien beter vertaald zou zijn met ‘de laatste sluier’ wat dan wel weer het gevaar herbergt, dat lezers aan trouwpartijen en slemperij gaan denken, op het verkeerde houten been gezet door… jawel, associatiedwang, die amper te vermijden neiging, die wachtlokalen bij psychiaters tot de laatste stoel bezet houdt en zodoende positief bijdraagt aan het bruto binnenlands product.
De duizelingen, waaraan u intussen probabilistisch ten prooi bent, kunnen verklaard worden en ook daarvoor zou u zich tot een psycholoog kunnen wenden, maar gooi op weg naar hem of – deze kans is groter – haar niks uit het raam van uw voertuig, zoals al uitvoerig is belicht en uit de doeken gedaan.