Die avond werd alles anders.
Eindelijk weg bij pa en ma.
Jouw eerste wijntje, in je uppie in je studentenkamertje.
Een van de weinige dingen, die je je nog glashelder kon herinneren, toen ze er jaren later naar vroegen in de Jellinek.
Iemand beweerde, dat je een oogje op me zou hebben. Hoop, gevoed door libido gaf me de moed om voor te stellen, dat ik met je mee zou lopen naar jouw kamer in een souterrain, omdat het immers al laat was. Je stemde toe. Bij het verlaten kerkhof klommen we over het gietijzeren hek. De grafsteen was koud aan mijn billen. Er kwamen andere nachtbrakers langs, die meelalden met hun transistorradio. Toch hoorde ik Mick Jagger nog boven ze uit zingen: “I’ll be in my basement room, with a needle and a spoon, and another girl to take my pain away.”
Jij stond rillend op en zei: ‘Ik ga. Je hoeft niet verder mee.’ Pas veel later besefte ik het verschil: Ik had kippenvel, jij cold turkey.
Ik ging niet mee.